Dag 8 6de wandeldag

Na het lekkere ontbijt worden we uitgewaaid door de dames, waarschijnlijk zien we deze dames vanavond weer. Het is een schitterende dag om te wandelen. Mooie vergezichten en wilde bloemen langs de wandelwegen. Na 10 kilometer komen we aan bij de bron van Saint-Rochus. Deze hospita gesticht in 1198 heeft een bron waarvan het water zou helpen bij slecht genezende wonden en oogproblemen.

Hedwig vind het nu de tijd om haar steen die pelgrims van huis meeneemt neer te leggen bij St Rochus. Ik draag mijn steen al 1600 km bij me en nog steeds geen passend plekje gevonden. Misschien gaat hij wel naar Santiago de Compostella nog 1400 km.

Een stukje verder staat de Saint-Roche-kapel, gebouwd in 1900. Voor de kerk zit een man die voor de pelgrims een stempel in het credencial zet. Onze eerste stempel van vandaag, straks in de gite de tweede.

Onderweg komen we rond lunchtijd een soort foodtruck tegen, waar we koffie en een crêpe met ham en kaas bestellen. Hedwig gaat voor de champignons .

Daar waar het kan lopen we in de schaduw omdat het warm is.

Het is zondag dus op het einde van onze tocht kopen we een biertje en zitten lekker op het terras op het dorpsplein. Inboeken en kijken of we iemand van de familie van de dag zien. We komen Magalinie en Sabrina nog tegen, en we hebben voor het eerst een pelgrim op onze kamer. Tijdens het diner praten we wat met een gezin dat morgen begint voor een week wandelen. De politieman moet volgende week terug naar Parijs voor het beveiligen van de Olympisch Spelen.

Na het gezamenlijke avondmaal, de moeder van de gite kookt, schept op en regeerd met straffe hand, horen we dat morgen het ontbijt stipt om 7.15 is en dat om 8.30 de gite leeg moet zijn.

Morgen een volledige etappe naar Aumont-Aubrac en het belooft heet te worden. Water en zonnebrand onder handbereik.[e-1f975]